BESTAND: SPOREN EN VEELHOEKEN

Vanaf 9 jaar.

4e en 6e klas. Gerichte vaardigheden:

• Specifieke woordenschat. Ken: het punt, de lijn, het lijnstuk, de halve lijn, het snijpunt, de rechte hoek, evenwijdige lijnen. Gebruik een liniaal en een passer.

• Meten - Tekenen - Schaalverdeling
Leer nauwkeurig tekenen, meten en schaalverdeling. Gebruik een liniaal en passer.

• Cirkels - Stralen en diameters
Leer hoe je nauwkeurig een cirkel tekent. Ken de woordenschat met betrekking tot cirkels.

• Veelhoeken - Algemene informatie.
Herken een veelhoek en benoem deze op basis van het aantal zijden. Herken convexe en niet-convexe veelhoeken, loodrechte en niet-loodrechte, evenwijdige en niet-evenwijdige zijden, diagonalen en een symmetrieas.

• Veelhoeken - Driehoeken en vierhoeken.
Maak onderscheid tussen de verschillende soorten driehoeken, parallellogrammen en trapeziums.